Welkom op het GitaarNet.
  • 5. Kruisen en mollen: de kwinten- en kwartencirkel

     SOLO

    5. Kruisen en mollen: de kwinten- en kwartencirkel

    Ik begin weer met het bekende schema van de 12 ionische ladders.

    Dit zijn dus tevens de 12 verschillende (kerk-)toonsoorten.

    Als je het schema bestudeert, dan zie je dat de toonsoort C alle kruis- en moltonen overslaat. De toonsoort C kent dus geen kruisen of mollen.

    Als je de toonsoort G bekijkt, blijkt dat die toonsoort slechts 1 kruis kent: de f#. Als je alle toonsoorten bekijkt, blijkt dat al die toonsoorten van elkaar verschillen voor wat betreft het aantal kruisen (of mollen).

    Toonsoorten met 6 of meer kruisen (of 6 of meer mollen) zijn lastig te benoemen zijn.
    Neem bijvoorbeeld de toonsoort A#:

    a#  b#  c##  d#  e#  f##  g##  a#

    Dat de tonen c, f en g twee kruisen hebben komt doordat je binnen een toonladder elke letter van het alfabet maar één maal kan gebruiken. Een b# is exact dezelfde toon als een c. Een f## is gewoon een g. En een g## is gewoon een a.

    Hoe dan ook, je ziet dat de toonsoort A# wel 10 kruisen kent. Dat is erg onhandig. We kunnen de zaken vereenvoudigen door de a# als een bes te zien. Een a# is immers exact dezelfde toon als een bes. Ik geef hier de toonladder van Bes-ionisch:

    bes  c  d  es  f  g  a  bes

    Dit is precies dezelfde ladder als die van A#-ionisch. Je ziet echter dat we hier slechts met twee mollen hebben te maken: de bes en de es. Dat is een stuk gemakkelijker te 'handelen' dan 10 kruisen!

    De kwinten- en kwartencirkel

    Er is een handig schema om te kunnen onthouden hoeveel kruisen of mollen iedere toonsoort kent. Die schema's heten de kwartencirkel en de kwintencirkel.

    Zoals gezegd kent de toonsoort C geen kruisen of mollen. De toonsoort G kent 1 kruis. Als je het schema bestudeerd, zie je het volgende aantal kruisen per toonsoort:

    C:0 #
    G:1 #
    D:2 #
    A:3 #
    E:4 #
    B:5 #
    F#:6 #

    Als je deze volgorde beziet, dan zie je dat de g een kwint (de vijfde toon) binnen de toonsoort C is. Men zegt ook wel: de g is de kwint van c. Je ziet ook dat de d de kwint is van g, dat de a de kwint is van d etc.. Kennelijk is het zo dat iedere kwint verder een extra kruis oplevert. Men noemt dit fenomeen dan ook wel de kwintencirkel.

    De kwint van de f# is de c#. De toonsoort C# heeft dus 7 kruisen. Laten we eens kijken:

    c#   d#  e#  f#  g#  a#  b#  c#

    Dat klopt dus. De toon c# kan echter ook als een des worden gezien:

    des   es   f   ges  as  bes   c    des

    Deze ladder kent 5 mollen. Het is dus iets eenvoudiger om het aantal mollen over Des te onthouden dan het aantal kruisen over C#.

    Hoe vind je het aantal mollen van een toonsoort?

    Wel, hier geldt niet de kwintencirkel, maar de kwartencirkel.

    Ook hier begin je met c:

    C:0 b
    F:1 b
    Bes:2 b
    Es:3 b
    As:4 b
    Des:5 b
    Ges:6 b

    De f is de vierde toon binnen de toonsoort C. De bes is de vierde binnen F etc.. Je rekent hier dus met kwarten.

    Als ik de kwarten- en de kwintencirkels (*) ineen weef, dan ziet dat er als volgt uit:

    C:0 b
    F:1 b
    Bes:2 b
    Es:3 b
    As:4 b
    Des:5 b
    Ges:6 b
    F# :6 #
    B :5 #
    E :4 #
    A:3 #
    D:2 #
    G:1 #
    C:0 #

    (*) We noemen deze schema's "cirkels" omdat de schema's vaak in cirkelvorm worden weergegeven. Ik heb echter voor bovenstaande weergave gekozen.

    Wat moet je met deze informatie?

    Wel, voor een gitarist is het van minder belang dan voor een pianist. Een pianist ziet de #/b-tonen immers als zwarte toetsen op zijn piano liggen. De gitarist ziet die tonen niet zo snel liggen op de gitaarhals.

    Het is wel erg gemakkelijk als je goed bladmuziek wilt lezen. Aan het begin van de muziekbalk wordt immers veel informatie gegeven over de muziek. Zo zie je daar vaak het maatsoortteken staan (4/4, 2/4 etc.) en een aantal # of b. Als je daar 4 kruisen ziet staan, dan weet je: We zitten in de toonsoort E.


    »» volgende les
Back to top