Oké, info over kleuren achterblad op de vorige pagina gevonden. En die single-coil? Goed verstopt?
K
Oké, info over kleuren achterblad op de vorige pagina gevonden. En die single-coil? Goed verstopt?
K
werkelijk een hele mooie gitaar, maar die naam; pruillip ?????
@ Witterwit:
une petite bouche:
En une grande bouche:
s.
tuitmondje<>grote mond. ik begrijp het. maar iemand keek over mijn schouder mee en vroeg waarom pruillip; dat schijnt het ook te betekenen.
Bedankt voor de gewaardeerde lof.
Deze gitaar is gebouwd om zelf te bespelen, ze wordt mijn vast instrument.
Ze moest volle 100% aan de wens van de klant, -moi- , voldoen, en dus hebben praktische en ergonomische eisen voorrang gekregen.
De enige concessie is une petite bouche in plaats van une grande gueule … omdat ik een pruimemondje oneindig veel mooier vind dan een gat als een vuurmond van een stoomtrein.
Ik speel quasi altijd zittend, en de gitaar steunt dus op een vast punt; het kan irrelevant lijken, maar de onderlinge afstanden zijn dan cruciaal.
Maximum afstand rand – aanslagzone , en correcte afstand steunpunt-twaalfde fret zijn voor mij essentieel om in een gemakkelijke houding te spelen.
Het ontwerp van de kop is inderdaad “discutabel”, en esthetisch kan het zeker beter, maar … de totale snaarafstand àchter de brug is in dit ontwerp het kortst, dus maximum respons bij opdrukken van de snaar; het donker stukje bovenaan is 4 mm dik, daar wordt de stemmer opgeklemd.
De brug heeft een dubbele functie : ze is uit aluminium, snaargeleiding en nulfret tegelijk;
vlg week nog een paar detailfoto’s.
De halsvestiging: in de hielpocket zitten vier koperen bussen onder het klankblad, konisch gefreesd zoals een kraalring. Zo wordt de kracht verdeeld en de halsschroeven zijn verzonken.
De afstand tussen toets en klankblad : de halspocket moet nog een beetje opstaand vlees rondom hebben. De singlecoil zit inderdaad nog goed verstopt … in een doosje op mijn werkbank .. maar hij komt tussen die opstaande rand en het steunbalkje vlak bij het klankgat.
Wat de graden betreft, 180° is een lijn die door een punt gaat, 0° is een lijn die tot een punt gaat. 8.5 is bevattelijker, 171.5 is qua beschrijving juister, maar we begrijpen mekaar.
De bindingen zijn notelaar; celluloid kan verlijmd worden met Structan, en dat kruipt in de kopse kant van de nerf, met kleurproblemen achteraf. De vezels op voorhand sealen met politoer is ook geen optie, want daar pakt dan weer geen lijm op. De celluloid staat dus nog eventjes in de wachtrij. Notelaar dus, ditmaal.
Maar het vulstukje in het staartstuk is galaliet, tortoise.
De achterkant …ja, probleemkant hé; de vlammen zijn, vanaf kwartier gezien, maar een paar mm dik; bij gesneden fineer kan je in dezelfde vlam blijven, bij een gezaagd blad haal je er een paar mm zaagdikte vantussen plus wat je wegschuurt. Kans is groot dat je zo een aantal vlammen opschuift; de nerf klopt nog, maar daar stopt het dan ook.
De kam steunt op twee voeten van 15 x 25 mm. Hij is binnenin uitgehold, maar tussen de voetjes volgt hij op een afstand van 1 mm de curve van het bovenblad.
De snorretjes moeten nog veranderd worden; alleszins platter, misschien een trapezium in plaats van een eindpuntje.
En tenslotte de hamvraag … de subjectieve hamvraag..
- de nulfret is comfortabel;
- de actie is laag;
- snaarafstand op de kam 10 mm
- mensuur 650 mm en 11/50 is voor mij de ideale spanning
Galli of Argentine klinken briljanter, d’Addario flatwounds klinken wolliger, maar geven geen bijgeluiden …
Alles bij elkaar geeft dat serieuze snelheid, en een redelijk penetrante klank.
Maar 't biljft subjectief.
Eerlang eens uitvissen hoe ik youtube bespeel.
F.
Prachtig! Gefeliciteerd.
ahum rijkelijk laat :
een foto van de nulfret annex topkam ..
en tot slot het elementje dat zich gedegen van zijn taak kwijt :
F.
Favorieten/bladwijzers