Citaat Oorspronkelijk geplaatst door Thiez Bekijk bericht
Goed, vandaag even de scope er aan gehangen.
Allereerst mijn scope instellen. Je hebt calibratiepuntje met een blokgolf van 0.2v. Lijn zonder meting in het midden gelegd, vervolgens aan het puntje gehangen. en vervolgens hoe kleiner ik het meetbereik zet, hoe verder hij uit het midden wandelt. Is dit erg? ik kan hem natuurlijk weer bijstellen naar het midden, maar wanneer ik dan mijn probe van het cal. punt af haal ligt de lijn uit het midden.

Vervolgens de tonegenator goed instellen viel niet mee. Ik had mijn toongenerator ingesteld op 400Hz, 300mV. Even met mijn multimeter de 300mV nagemeten, iets bijgesteld dat ik netjes 300mV had. Dit zou dus 600mVpp zijn, aangezien je tussen + en 0 meet.
Toen ik hem aan de scope hing, en mijn scope instelde op 0,2V per CM, kreeg ik een Vpp van 0,85V. Kan het zijn dat de scope zo veel afwijkt of doe ik iets verkeerd?

Daarnaast heb ik hem even aan mijn versterker gehangen. Eerste versterking trap krijg ik een versterking van ongeveer 30x. vervolgens over de volumepot van de normal preamp gemeten met 2 kanalen. En dan zie je als je hem omhoog draait het kanaal na de potmeter groter worden uiteraard, en als je hem helemaal open draait zie je langzaam ook het ingang signaal kleiner worden.
Daarna heb ik over de 470K weerstand gemeten en dan heb ik voor die weerstand nog gewoon een mooie sinus en na de weerstand is ineens de top afgevlakt. Dit kan ik niet helemaal volgen hoe dit tot stand komt?
Zoals Frans al aangaf het verschil tussen een pp meting en rms meting is iets van een factor 2.8.
Wat er gebeurt:
- Zolang jouw signaal naar de volgende trap kleiner is als 2x de bias instelling van die trap, dan blijft jouw sinus nog mooi.
- Zodra het signaal groter wordt, dan wordt de top van de sinus groter dan 0V (bias spanning + 0.5x pp spanning). Hierdoor wordt het stuurrooster ook positief en gaat zich als een anode gedragen. De electronen ga nu ook via het stuurrooster lopen en er gaat dus stroom lopen.
Die stroom valt over die 470K weerstand waardoor er dus ook spanning over die weerstand valt. Vandaar het kleinere signaal.
Daarnaast zal doordat er stroom gaat lopen via het rooster, deze ergens vandaan moet komen. De enige manier is via de koppel condensator en de anode weestand van de vorige trap. Dat heeft weer tot consequentie dat de voedingsspanning daalt en dus ook jouw signaal.

Samengevat zijn er dus 2 dingen die gebeuren als jouw ingangssignaal te groot wordt:
a) het stuurrooster wordt positief en gaat geleiden waardoor de top gaat dalen
b) door de geleiding wordt er stroom getrokken van de anode weerstand van de vorige trap waardoor de voedingsspanning iets daalt en dus ook jouw signaal.

Dit hele verhaal staat ook in Blencow.