Deze dame (nouja, een vergelijkbare) ga ik binnenkort ophalen bij m'n ouders:
Foto geleend van TFOA.
Het is een zogenaamde strohviool, ook wel bekend als de violofoon of phono fiddle. Uitgevonden in 1899 door Johannes Stroh (vandaar de naam), in de beginjaren van de geluidsopname, ten tijde van de fonograaf. In die tijd was het gebruikelijk dat je met het hele orkestje tegelijk in een grote toeter speelde (vergelijkbaar met zo'n grammofoon-luidspreker). Blazers kunnen heel gericht spelen, maar het geluid van een gewone viool gaat alle kanten op. Om dit op te lossen bedacht Stroh dit instrument, met een membraan en een toeter in plaats van een klankkast. De strohviool gaat harder dan een gewone viool en projecteert zijn geluid veel directer, waardoor-ie geschikt is voor fonograaf-opnames. Toen de microfoontechniek geavanceerder werd is-ie in onbruik geraakt.
Uiteraard is de gewone strohviool met 4 snaren in vioolstemming, maar de mijne is een 1-snarige variant, de zgn. Japanse strohviool. Heel space geluidje. Ik moet 'm laten repareren, de toeter zit los en er zit een scheur bij de "kop". Ik houd jullie op de hoogte van dit wazige project
Favorieten/bladwijzers