ok, whats next?
wat is de volgende stap?
we hebben nu behandelt hoe je zelf alle trappen kan uitwerken, maar wat nu, wat kunnen we met deze wijsheid?
wat kunnen jullie mij vertellen over V naar I?
waarom is dit zo'n sterke oplossingen?
Printable View
ok, whats next?
wat is de volgende stap?
we hebben nu behandelt hoe je zelf alle trappen kan uitwerken, maar wat nu, wat kunnen we met deze wijsheid?
wat kunnen jullie mij vertellen over V naar I?
waarom is dit zo'n sterke oplossingen?
als je t bekijkjt in C blijft je sol lost je b(leidtoon) op naar c. Dus hbe je al 2 gemeenschappelijke tonen.Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door -=JEROEN=-
bekijk bv es wat er gebeurd als je G en dan C zet in Ve positie
:)
Ten eerste natuurlijk omdat je dat zo hoort. Maar een andere uitleg is misschien de volgende:Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door -=JEROEN=-
Ik heb hier een wiskundeboekje over geluid. Gaat over frequenties, logaritmes etc.. Ik heb het nog niet helemaal in de vingers, maar daarin stellen ze dat een octaaf een frequentieverhouding heeft van 1:2 (bijv. de a-toon: 440 Hz - 880 Hz - etc.). De daarna belangrijkste frequentieverhouding is de kwint; 2:3. (en de kwart, maar da's een omgekeerde kwint).
Maar of dat de dwingende V-I-oplossing verklaart, zie ik nog niet. Misschien weet iemand anders dat?
Grmbr, 5 keer achter elkaar opnieuw een verhaal hier zitten intikken, maar ik krijg het even niet duidelijk onder woorden gebracht.
Maar, zoals ze zeggen, staat alles al geschreven. Dus misschien kan ik iemand verblijden met wat geschiedenis en wiskunde, met muziek als basis (of andersom, uiteraard)
http://student.science.uva.nl/~rnaef...undemuziek.pdf
____________________________________
"Conclusie
In Deel Eén hebben we gezien hoe
de boventonenreeks de welluidendheid van
intervallen kan verklaren. We zagen hoe de
klassieke naamgeving en notatie is afgeleid
van het Pythagoreïsche systeem en welke
beperkingen en storende eigenschappen dit
systeem had. De boventonenreeks leverde
ons de priemintervallen (Harmonischen)
waarmee we alle andere intervallen en to-
nen mee konden construeren. Zo verkregen
we toonsystemen die ons in staat stelde
klassieke muziek beter te begrijpen. De mo-
dulaties in maat 505-517 van Beethoven’s
Kreutzersonate waren volgens het systeem zeer
vanzelfsprekend. Op grond van onze bevin-
dingen zijn een aantal intervallen van status
veranderd. De verminderde kwint is gepromo
-veerd tot zuiver en welluidend interval, ter-
wijl de kleine terts gedegradeerd is van fun-
damentele bouwsteen tot dezelfde categorie
als de verminderde kwint. Na de Zevende Ha
-rmonische zijn we gestopt met het uitberei-
eiden van ons toonsysteem, aangezien het
toevoegen van nog hogere Harmonischen
het systeem erg ingewikkeld zou maken,
..."
"eh?"
"... natuurlijk omdat je dat zo hoort ..."
Tsja, lastige materie. Zeker voor wiskundig-gefrustreerden als ik... ;-)
Maar ik vraag me af of de geluidswiskunde muzikale oplossingen verklaren kan. Lijkt me toch vooral een kwestie van horen.
Op Wiki valt veel te lezen onder "stemming". In het Teylersmuseum in Haarlem schijnt een Huygens-piano te staan met 31 tonen in een octaaf. Leuke wetenswaardigheden!
kan iemand dit "verbeteren"?Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door gorgasm
+ ipv die PDF te kennen, kunnen we mss eerst wat harmonieleer leren :)
Leuk leesmateriaal allemaal, maar ik beheers liever andere dingen
Misschien begrijp ik de vraag niet goed, maar toch een poging:Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door gorgasm
In toonsoort A, heb je de volgende 4-klanken:
Amaj7
Bm7
C#m7
Dmaj7
E7
F#m7
G#dim7
Als je daar de (b)9, (b)11 en (b)13 aan toevoegt, krijg je de volgende (binnen toonsoort A):
Amaj7 9-11-13
Bm7 9-11-13
C#m7 b9-11-b13
Dmaj7 9-#11-13
E7 9-11-13
F#m7 9-11-b13
G#dim7 b9-11-b13
PS, bij het bepalen van mollen en kruisen, relateer je aan de ionische trap van het desbetreffende akkoord.
Bijv. Bm7-dorisch (tweede trap A):
B-ionisch =
b - c# - d# - e - f# - g# - a# - b
B-dorisch =
b - c# - d - e - f# - g# - a - b
Tov ionisch, heeft dorisch een b3 (d# = d), een b7 (a# = a). De 9 (de c#) is gewoon c# gebleven, dus da's gewoon een 9 (B-frygisch zou b9 zijn, omdat daar een c in zit). De 4/11 is ook gewoon e gebleven, dus da's een 4/11 (B-lydisch heeft een e#(f), dus die zou een #4/#11 meekrijgen.
Et cetera...
waarom heb je op III een b9?Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door Guitarmania
9 vn c# is d# en 13 is a#
hoe verklaar je dat allemaal?
wat vergelijk je tov wat? de trapscale tov de toonaard?
als ik t zo bekijk dn heeft de c# een (9)d# en (13)a# en een 11 want je hebt een fis in de voortekening.
ik snap het héééél vaag, maar kan t nie uit mn eigne maken.
Trap III in de toonsoort A is een C#. Laat ik die eens opschrijven:Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door gorgasm
(a - b - )c# - d - e - f# - g# - a - b - c# (etc..)
De tweede toon vanaf c# is een d in de toonsoort A.
Dan C#-ionisch (do-re-mi):
c# - d# e# - f# - g# - a# - b# - c#
C#-ionisch heeft als tweede toon dus een d#, terwijl trap III-C# een d heeft. Die d is een half verlaagd tov de ionische 2e toon, dus een b9.
Je relateert dus aan de ionische trap van de gegeven grondtoon.