Oorspronkelijk geplaatst door
7ender
Ik denk dat ik nu het volgende begrijp :
De hele zwik draait in feite op R, S, T met gemeenschappelijke nul ( logisch ).
Elke gebruikslijn heeft een randaarde .
Als we de randaarde-draden los-halen die horen bij L1 , L2 en L3 ,....
en als we voor gemak even de zgn ALS-sen op elke lijn even vergeten , en aannemen dat er lekspanning op die drie randaarde-draden staat ,....dan staan deze drie , nog niet aangesloten randaarde-draden op dat moment natuurlijk ook onderling 120 graden verschoven t.o.v. elkaar.
Als je dan twee van drie randaarde draden op dat moment beet pakt , om ze bij elkaar te brengen .....
....tja , dan krijg je ook een beukert.
bedoel je dit soms ?