Oorspronkelijk geplaatst door EuroCinema
Weet je wat het ook is: er wordt zoveel onzin verteld over jazz. Alsof elke jazzgitarist 1000 nummers kan spelen in alle 12 toonsoorten en daarover elke keer een compleet andere solo improviseert op basis van allerlei theoretische inzichten. En dat in elke positie op de hals.
Emily Remler zei dat je maar zes licks hoeft te leren en vervolgens moet leren die aan te passen aan de omstandigheden. Misschien was dat wat overdreven, maar licks leren is veel belangrijker voor jazz dan je zou denken uit al die bla-bla. Alle grote jazzgitaristen hebben hun herkenbare licks die steeds weer terugkomen, net als bluesmannen. En ze spelen allemaal blues in F en Bb en Rhythm Changes in Bb (wat nou alle 12 toonaarden, gewoon de makkelijkste voor blazers!). Een beetje theoretisch inzicht is daarbij nooit weg natuurlijk, helpt je te onthouden wat wanneer werkt.