Oorspronkelijk geplaatst door -=JEROEN=-
Ik begin meestal ook met een penta ladder te soleren, en kleur die dan geleidelijk in, afhangende van de positie. Maar met pentatonisch heb je weer het verschijnsel dat je heel goed dissonante tonen kan laten klinken alsof ze consonant zijn, of anders gezegd, omdat je maar 5 tonen speelt, valt die ene dissonant minder op. Zo kan je gerust A pent.min soleren over een A7 akkoord. Die 'valse' c valt nauwelijks op, tenzij je hem echt heel erg gaat benadrukken.
Het bepalen van dissonant of consonant hangt ook helemaal van het stuk af. Daarom koos ik als voorbeeld één akkoord, en express een akkoord met wat meer tonen dan een standaard 3-klank. Dus in het geval van die E11 zoals ik hem pakte (022232), bepaalt voor mij de fis dat er een cis in mn solo moet (ook omdat die fis bovenin zit (leadvoicing)) en dan is de keus aan mij of ik er dorisch (g) of mixolydisch (gis) van maak. Tuurlijk kan eolisch ook, zelfs ionisch kan, maar die dis klinkt dan toch wel heel erg dissonant.
Laat ik de vraag anders stellen: Hoe bepaal je welke tonen (volkomen) consonant of dissonant zijn over één akkoord, in dit geval E11 (022232)?
edit: ik vind dat toch een E11, omdat men over het algemeen geen terts speelt in een (maj) 11 akkoord, 1 3 5 (b)7 9 11 kom je zelden tegen in de gitaar wereld.