Welkom op het GitaarNet.
  • 9. Pentatonische ladders

     SOLO

    9. Pentatonische ladders

    Nu we de belangrijkste muziektheoretische beginselen hebben besproken, kunnen we eens een stapje verder kijken, en zien hoe de theorie wordt toegepast. Een eerste toepassing is om een bepaald muziekstuk in een bepaalde toonsoort te zien, en aan de hand van die bijbehorende toonladder zelf te soleren, of liever: improviseren.

    Een tweede toepassing, die we nu zullen bespreken, zal je echter het bekendste voorkomen: de pentatonische ladders. De meeste gitaristen komen eerst in aanraking met pentatonische ladders - met name de bekende mineur-pentatonische (blues-)ladder voor dat zij aan toonladders en toonsoorten toekomen. Omdat voor het begrip van de pentatonische ladders begrip van de basisbeginselen van de toonladders onontbeerlijk is, heb ik die beginselen in de vorige hoofdstukjes eerst besproken.

    Penta-ladders

    Pentatonische ladders noem ik hierna "penta-ladders". 'Penta' betekent 'vijf', en de penta-ladders bestaan dus uit 5 verschillende tonen in plaats van uit 7. De penta-ladders zijn gebaseerd op de gewone toonladders. Verschil is echter dat de penta-ladders de 'lastige' tonen uit de bekende toonladders weglaten.

    Er zijn twee soorten penta-ladders:
    -penta-majeur;
    -penta-mineur.

    We zullen deze beide ladders nu bespreken.

    Penta-majeur

    Laten we eens een toonladder nemen. De toonsoort F (F-ionisch) lijkt me dit keer wel leuk:

    f   g   a bes   c   d   e f

    Dit is de ionische ladder van F. Zoals je inmiddels weet, zijn er ook twee andere F-majeur-kerktoonladder, namelijk de lydische en de mixolydische. Laten we deze ladders ook eens afbeelden:

    F-lydisch (toonsoort C):

    f   g   a   b c   d   e f

    F-mixolydisch (toonsoort Bes):

    f   g   a bes   c   d es   f

    Deze drie ladders - de ionische, lydische en mixolydische - zijn de drie majeurladders die je kunt maken in een toonsoort. Je ziet dat de drie ladders twee tonen kennen waarin ze zich van elkaar onderscheiden, namelijk de bes/b en de es/e. Dit zijn de tonen 4 en 7.

    Conclusie: De tonen 4 en 7 zijn 'risico-tonen' over een gegeven majeur-akkoord. Majeur-akkoorden verschillen tot elkaar wat betreft deze tonen. Een mixolydische C7 is immers niet hetzelfde als een lydische of ionische Cmaj7. En een ionische of mixolydische Csus4 is niet hetzelfde als een lydische C#4.

    Als we deze risico-tonen uit de toonladders weglaten, dan resteren de volgende tonen in de toonsoort van F:

    f   g   a     c   d     f

    Deze ladder wordt ook wel: "F-majeur-penta" genoemd.

    Zoals je ziet kent de penta-majeur-ladder de volgende intervallen:

    1 - 1 - 1½ - 1 - 1½

    Als je in een stuk een C-akkoord tegenkomt, dan kun je altijd C-majeur-penta gebruiken. Maakt niet uit of het een Cmaj7, een C7, een Csus4 of een C#4 is. De majeur-penta ladder maakt dan ook geen verschil tussen Trap I, Trap IV of Trap V-akkoorden. Zolang ze maar majeur zijn!

    Handig toch?

    Penta-mineur

    De penta-mineur-ladder zal je zeer bekend voorkomen. Dat komt doordat die ladder zeer veel lijkt op de blues-ladder.

    Laten we eerst eens kijken hoe we de mineur-penta-ladder vinden. Dat doen we volgens de zelfde systematiek als bij majeur-penta.

    Zoals je weet zijn er 3 mineurladders binnen een toonsoort: dorisch, frygisch en eolisch (de Trap-VII-ladder slaan we nog steeds over). Laten we die eens, vanaf f benoemen:

    F-dorisch (toonsoort Es):

    f   g as   bes   c   d es   f

    F-frygisch (toonsoort Des):

    f ges   as   bes   c des   es   f

    F-eolisch (toonsoort As):

    f   g as   bes   c des   es   f

    De risico-tonen - die de verschillende mineurladders van elkaar onderscheiden - zijn dus de ges/g (de 2) en de des/d (de 6). In mineur-penta laten we die dus weg:

    f     as   bes   c     es   f

    1½ - 1 - 1 - 1½ - 1

    Als je in een stuk een mineur-septiem-akkoord tegenkomt, zit je altijd goed met deze ladder. Het maakt niet uit of het een Gm7, Gm9, Gmb9, G13 of Gb13 is.

    Handig!

    Parallellen

    De majeur- en mineur-penta-ladders zijn zeer eenvoudig. Vooral omdat ze geen onderscheid maken tussen de onderscheidenlijke majeur- respectievelijk mineur-ladders. Er is niet zoiets als een ionische of een eolische penta-ladder.

    Iets anders dat je zal opvallen, is dat de mineur-penta-ladder van (bijvoorbeeld) Am dezelfde tonen heeft als de majeur-penta-ladder van C. Am en C worden ook wel 'parallellen' genoemd. Dit geldt voor alle penta-ladders: A#m - C#, Bm - D etc.. Zolang tussen de grondtonen van deze akkoorden maar steeds een interval van 1½ zit.

    Een 'grondtoon' is overigens de 'naamdrager' van het akkoord. De grondtoon van Am7 is bijvoorbeeld de a. De grondtoon van Cmaj7#4 is de c.


    »» volgende les
Back to top