PDA

View Full Version : Akkoordenopvolgingen die mooi bij elkaar passen



dejohan
7 februari 2005, 00:09
Soms heb je akkoordenreeksjes die goed bij elkaar passen, misschien omdat er een reeksje van oplopende of aflopende nootjes inzit.

Bijv:
D7(?): xx0212
G7(?): 320001
C: x32010
--> waar op de hoge e snaar F#, F en E elkaar opvolgen

Ander voorbeeld

C: x32010
E7(?) 020100
Am 002210

--> waar je op de D snaar de opvolging D, D", A vindt.


Dit lijkt mij iets jazzy/bluesy te zijn. Ik ken niks van muziektheorie enzo, maar heeft zoiets een naam? Ik ben gek op zulke dingetjes, en zou er er wat meer van willen leren. Bestaan er voorbeelden van zulke schema's, nummers waarin je zoiets kan leren, theorietjes erover, enz?

ReinoutV
7 februari 2005, 09:29
Die eerste is een II - V - I, waar je eigenlijk een Dm zou verwachten. Deze schijn je redelijk veel in country te horen.

Die tweede is een I - (V) - vi, waarbij de E7 een tussendominan is voor Am. Zo wordt de oplossing naar A sterker. Iets soortgelijks gebeurt in Wat zou je doen van Blof, waarbij E7 oplost naar de ondermediant van Am: F.

dejohan
7 februari 2005, 10:45
Het eerste is uit Hot Tomales van Robert Johnson, het tweede heb ik zelf gevonden.

Maareuh, ik begrijp je uitleg niet goed, ik weet niet zoveel van muziektheorie.

yanto
7 februari 2005, 15:05
De akkoord trappen worden aangegeven met romeinse cijfers.

In de toonsoort C komen de volgende akkoorden voor:

C-Dm-Em-F-G(7)-Am-Bdim
I - II - III-IV- V- VI- VII

Veelvoorkomende reeksen zijn II-V-I dus Dm-G(7)-C
I-IV-V

De vijfde trap is dominant (in dit geval G(7)) en lost meestal/altijd op naar de I de C in dit geval.

Daevren
8 februari 2005, 14:02
De relaties tussen akkoorden zijn voor een groot deel afhankelijk van de afstand tussen de grondtonen. Dus de relatie, of de kwaliteit van de interval, van de twee grondtonen van de twee akkoorden is het eerste waar je naar kijkt.

Aangezien de belangrijkste relatie in muziek een kwint is komt dat ook hier terug. Dat is de V-I relatie. In C majeur is dat G naar C. Vanwege de natuurkundige wetten die we kennen in dit universum wil de G noot in het G akkoord, die in het G akkoord de grondtoon is, graag een G noot in een C akkoord worden, dus de kwint van C. Dit heeft direct te maken met overtonen.

Noten willen dus graag een kwint omlaag(or kwart omhoog) oplossen.

Een ander belangrijk gegeven is de intervanstructuur van het akkoord zelf. Dus, welke noten zitten er boven deze grondtoon, en welke intervallen maken ze? Met drie noten heb je vooral keuze uit een majeur of een mineur akkoord. Maar je hebt ook verminderd en overmatig. Hoe meer noten je toevoegt, hoe meer mogelijkheden en hoe meer verschillende intervallen er in het akkoord zitten.

Omdat de wetten van de natuurkunde, of het menselijk brein, of beide, een groep van het liefst 7 noten in een stuk muziek prefereren hebben we iets dat we toonsoort noemen. Dit zijn een set van 7 noten met een duidelijke hierarchie. Elke noot staat in belangrijkheid boven of onder een ander. De belangrijkheid van elke noot wordt bepaald door zijn relatie met de grondtoon.

In de C majeur toonsoort is dit: C D E F G A B

Als je een keyboard hebt probeer het maar eens uit. Speel alleen de witte tonen en houd in de gaten waar de C zit. Vergelijk elke noot met C.

Omdat in C majeur C de belangrijkste toon is is C ook een rustpunt. Dus als we een reeks akkoorden maken gebaseerd op datgene wat ik tot nu toe getypt heb krijg je dit:

F-Bdim-Em-Am-Dm-G-C

Nu 'valt' dus elk akkoord een kwint omlaag(alleen B-F is geen reine kwint, maar een verminderde). Je kunt gaan tellen. C-D-E-F-G. G is de vijfde, dus een kwint. G-A-B-C-D, D-E-F-G-A enz.

Je zou ook F-B-E-A-D-G-C of Fm-Bm-Em-Am-Dm-Gm-Cm of nog wat anders kunnen maken. Maar dan behoren de akkoorden niet meer allemaal tot dezelfde toonsoort. Dit is wat men vaak in jazz doet.

Nu hebben we dus de meest voorkomende relatie, ii-V-I.

Er zijn ook andere akkoordrelaties die een sterke 'drive' hebben. Bijvoorbeeld een terts omlaag. Maar ook een stap omhoog of omlaag is sterk, alleen moet je dit niet te vaak gebruiken. De zwakkere zijn een kwart omlaag en een terts omhoog.

Dan krijg je dus bijvoorbeeld V-iii-I. Twee keer een terts omlaag. G-F-E en E-D-C Natuurlijk is de Em hier ook een soort opvulling tussen de V-I die we eerst al hadden, kwint omhoog. G-A-B-C.

Je kunt het ook op een andere manier benaderen.

We nemen weer de ii-V-I progressie. Daar heeft het I akkoord een tonica functie. Het is het eindakkoord, het akkoord dat 'klaar' klinkt. We hebben V die een dominantfunctie vervult. Het wil graag oplossen, oplossen in een I akkoord. En dan hebben we de subdominant functie, die wordt vervult door het ii akkoord. Deze bereid het V akkoord voor. Als je I-V-hebt dan gaat het veel te snel om voldoende spanning te creeeren. Je moet er een akkoord tussen zetten als voorbereiding.

Nu zijn er nog andere akkoorden in de toonsoort. Am en Em vallen in de tonica(T) groep. F in de subdominant(SD) groep en Bdim in de dominant(D) groep.

Dus als je uitgaat van een SD-D-T structuur heb je al veel combinaties te maken.

Een veelgebruikte progressie in rock en pop is IV-V-I. En als variatie op beide kun je I met vi vervangen. Dus IV-V-iv of ii-V-vi.

Nu kun je met een paar heel simpele regels veel combinaties maken of verklaren.

Waar de TS het over had klopt voor een deel. Maar hij heeft het over stemvoering. F# naar F naar E. Dit is misschien wel zo, maar je kunt de progressie ook anders spelen. D7-G7-C, best typisch jazz, klinkt goed omdat D7 naar G7 een kwart omhoog is, en G7 naar C ook. Verder zijn dom7 akkoorden zowiezo akkoorden die een oplossing wil. D7 wil naar een gewone G, D7 eist een G maar krijgt een G7 die weer een C eist. Die komt er dan wel. En daarmee eindigt het stukje.

E7 naar Am is hetzelfde als G7 naar C, alleen dan in mineur en met A ipv C. E7 is dus hetzelfde als G7 in functie. Weer een kwart omhoog oplossen. En weer een dom7 akkoord. Als de progressie nog meer hetzelfde was als de eerst had je hier een B7 akkoord(B naar E is weer een kwart omhoog). Maar hier hebben we een C. Dat is anders. Je uitleg hier klopt ook niet, maar misschien begrijp ik je verkeerd. Stel dat het D-D-A was. Dan is D naar D juist heel slecht. Geen beweging, terwijl die waarschijnlijk wel verwacht wordt. Opzich geen probleem, noten blijven in akkoorden vaak hetzelfde. Maar dit is geen verklaring waarom akkoorden sterk in elkaar over lopen.

C naar E7 is een terts omhoog, dat is geen sterke progressie. Verder zijn Am en C beide tonica akoorden. B7-E7-Am of D7-E7-Am of G#7-E7-Am. Dat zijn simpele voorbeelden die waarschijnlijk beter klinken. Je kunt er wel een C akkoord op een zwak maatdeel tussen zetten. Ipv twee maten B7 bijv een maat B7 en een maat C, of C6 ofzo, omdat C zelf waarschijnlijk heel raar klinkt tussen een B7 en een E7, vanwege het contrast in spanning/constantheid. Maar in dat geval heeft dat C akkoord niet veel functie.

Ik hoop dat je niet teveel gebrek aan theoriekennis hebt om dit te snappen. Is dat wel zo dan zul je eerst wat bij moeten leren voordat iemand je deze vraag correct kan beantwoorden.

Als dit interesant is ga dan naar een site met jazzstandards, bijvoorbeeld hier. (http://www.songtrellis.com/changesPage)

Je kunt de akkoorden gewoon gaan spelen, en enkele leuke combinaties overnemen. Of je kunt je meer verdiepen in theorie. Vind de modulaties en de cadenzen. Zet de romeinse cijfers eronder. Benoem de substituties, probeer zelf variaties te maken, in andere toonsoorten door het te transponeren, of door enkele akkoorden te veranderen, toe te voegen enz. Sommige jazz nummers zijn ook blues nummers. [/url]

dejohan
8 februari 2005, 15:23
Thx,
Al begrijp ik niet alles, je zet me al wel een stap op weg. Bovendien is die link wel cool, dat was precies wat ik zocht, een enorme databank aan inspiratie. Ik schrijf regelmatig songs, maar ik zit vaak klem met welke akkoorden ik verder kan gaan. Dit helpt.

appeltaart
8 februari 2005, 18:07
Bedankt voor je uitleg Daevren, ik vond het heel goed te volgen en ik ga er straks eens mee bezig.

Daevren
8 februari 2005, 21:50
Ik denk ook dat ik nog wat verder in moet gaan op bepaalde dingen voordat je het echt kunt snappen. Ik denk in iedergeval dat mensen nu een idee hebben hoe het ongeveer kunt bekijken.

Ik ga graag met wat meer detail of voorbeelden op nog wat dingen in.