Han S
28 juli 2013, 00:41
Ik had hem al eens eerder gezien, maar de tweede keer zie je meer. Vanavond op Ned 3 de docu over de opname van Tits and ass van onze Golden Earring.
Verbazingwekkend af en toe als je naar zo'n docu zit te kijken. Cesar is nog steeds een briljante drummer die ook alles lekker kan relativeren, net als Rinus, die je ziet spelen met zijn duim, hoe jaren 60 is dat. Rinus snapt het allemaal wel goed. Maar dan kom je bij de gitaristen en George is bepaald geen virtuoos, hoeft ook niet want wat hij doet doet hij prima. Daar zit dan gewoonlijk Frank Carillo, een vriend van George bij om leuke dingen te doen.
Frank is een briljante gitarist, ik heb een week met hem gewerkt en hij is kilometers verder dan de gemiddelde rockgitarist, speelt ook moeiteloos de meest bizarre jazzriffs en het is een feest om met die man te werken.
Barry dan: ik moet je heel eerlijk zeggen dat ik die man niet helemaal kan plaatsen. Hij doet meestal nogal stoer en als ik hem zie en hoor zingen dan doet me dat niks. Zijn techniek is ook nogal twijfelachtig, hij knijpt en zwaait en het verbaast me dat er nog geluid uit komt. George daarentegen doet me veel meer als hij zingt, hij heeft een mooie stem en zingt met veel bezieling, dat doet me zeker veel meer.
Maar dan de opnametechniek. Ze zitten eerst in een studio in Rotterdam, erg symphatieke engineer die denk ik ook de eigenaar is van die studio en ze zijn daar de nummers aan het vorm geven. De apparatuur is geen peperdure hi end zooi, gewoon leuke spullen. Er hangt een oude speaker voor de basdrum, boven de toms SM57's met een soort gebouwtje er omheen tegen de overspraak. Barry zingt in de controlroom met een SM58 en wat er voor de gitaarcabs staat heb ik niet gezien, maar het klinkt allemaal best wel okay.
De band neemt alles in een keer op en verdomd, het klinkt als een band en eigenlijk is er weinig op aan te merken.
Dan komt er een producer die met ze in Engeland moet gaan opnemen. Hij heeft zeven platen opgenomen met The Rolling Stones en hij heeft een indrukwekkende staat van dienst. Hij levert ook af en toe commentaar en het lijkt allemaal geweldig.
Dat zitten ze even later in London, in een privé studio met een stokoude beroemde EMI mengtafel, stapels vintage apparatuur en prachtige oude microfoons. Dikke Neumann's inplaats van de Studio Projects B1 die ik dacht te zien in Rotterdam en hele grote vette bandmicrofoons.
Daar worden die nummers voor het echt opgenomen en eigenlijk vind ik het niet beter klinken, integendeel. Dat kan niet aan de uitstekende apparatuur liggen, maar er ontbreekt iets wat ze in Rotterdam wel hadden.
Dan zie je ze even later hun ongenoegen uiten over de mix uit Engeland en eigenlijk hoor je dat ze verre van tevreden zijn. De drums zit ergens ver weg en de bas is ook bijna niet te horen. Dus wordt good old John Sonneveld er bij gehaald en die gaat in België de mix opnieuw doen. John is een heel aardige vent en je zult hem geen kwaad woord horen uiten over collega's. Hij vindt de opnamen prima en laat horen wat er allemaal mee kan.
Erg interessant, zo'n docu en zeker als je zelf in dat vak zit. Maar ik vind nog steeds dat Rotterdam meer ballen had en hoe dat komt? Het zal de vibe zijn, het moment, de ongedwongenheid misschien en eigenlijk laat het zien dat mooie dure apparatuur van ondergeschikt belang is.
Verbazingwekkend af en toe als je naar zo'n docu zit te kijken. Cesar is nog steeds een briljante drummer die ook alles lekker kan relativeren, net als Rinus, die je ziet spelen met zijn duim, hoe jaren 60 is dat. Rinus snapt het allemaal wel goed. Maar dan kom je bij de gitaristen en George is bepaald geen virtuoos, hoeft ook niet want wat hij doet doet hij prima. Daar zit dan gewoonlijk Frank Carillo, een vriend van George bij om leuke dingen te doen.
Frank is een briljante gitarist, ik heb een week met hem gewerkt en hij is kilometers verder dan de gemiddelde rockgitarist, speelt ook moeiteloos de meest bizarre jazzriffs en het is een feest om met die man te werken.
Barry dan: ik moet je heel eerlijk zeggen dat ik die man niet helemaal kan plaatsen. Hij doet meestal nogal stoer en als ik hem zie en hoor zingen dan doet me dat niks. Zijn techniek is ook nogal twijfelachtig, hij knijpt en zwaait en het verbaast me dat er nog geluid uit komt. George daarentegen doet me veel meer als hij zingt, hij heeft een mooie stem en zingt met veel bezieling, dat doet me zeker veel meer.
Maar dan de opnametechniek. Ze zitten eerst in een studio in Rotterdam, erg symphatieke engineer die denk ik ook de eigenaar is van die studio en ze zijn daar de nummers aan het vorm geven. De apparatuur is geen peperdure hi end zooi, gewoon leuke spullen. Er hangt een oude speaker voor de basdrum, boven de toms SM57's met een soort gebouwtje er omheen tegen de overspraak. Barry zingt in de controlroom met een SM58 en wat er voor de gitaarcabs staat heb ik niet gezien, maar het klinkt allemaal best wel okay.
De band neemt alles in een keer op en verdomd, het klinkt als een band en eigenlijk is er weinig op aan te merken.
Dan komt er een producer die met ze in Engeland moet gaan opnemen. Hij heeft zeven platen opgenomen met The Rolling Stones en hij heeft een indrukwekkende staat van dienst. Hij levert ook af en toe commentaar en het lijkt allemaal geweldig.
Dat zitten ze even later in London, in een privé studio met een stokoude beroemde EMI mengtafel, stapels vintage apparatuur en prachtige oude microfoons. Dikke Neumann's inplaats van de Studio Projects B1 die ik dacht te zien in Rotterdam en hele grote vette bandmicrofoons.
Daar worden die nummers voor het echt opgenomen en eigenlijk vind ik het niet beter klinken, integendeel. Dat kan niet aan de uitstekende apparatuur liggen, maar er ontbreekt iets wat ze in Rotterdam wel hadden.
Dan zie je ze even later hun ongenoegen uiten over de mix uit Engeland en eigenlijk hoor je dat ze verre van tevreden zijn. De drums zit ergens ver weg en de bas is ook bijna niet te horen. Dus wordt good old John Sonneveld er bij gehaald en die gaat in België de mix opnieuw doen. John is een heel aardige vent en je zult hem geen kwaad woord horen uiten over collega's. Hij vindt de opnamen prima en laat horen wat er allemaal mee kan.
Erg interessant, zo'n docu en zeker als je zelf in dat vak zit. Maar ik vind nog steeds dat Rotterdam meer ballen had en hoe dat komt? Het zal de vibe zijn, het moment, de ongedwongenheid misschien en eigenlijk laat het zien dat mooie dure apparatuur van ondergeschikt belang is.