PDA

View Full Version : Uitleg buizenamp voor techniek-nono?



EuroCinema
8 maart 2010, 11:29
Ik speel nu zo'n 20 jaar over buizenversterkers, maar moet tot m'n schande bekennen dat ik niets begrijp van de techniek. Ik was altijd erg slecht in natuurkunde en heb dus ook nul basiskennis van electriciteit etc. Daarom zijn m'n buizenamps altijd een soort zwarte dozen voor me waar ik heel voorzichtig mee ben en dan maar hoop dat ze er niet mee ophouden. Toch zou ik zoiets elementairs als buizen vervangen wel graag willen kunnen en ook genoeg begrijpen om te weten of ik de goede buizen gebruik etc. Wie kan me in de richting van een goeie basisuitleg helpen? Mijn huidige amp is trouwens een hot rod deluxe (met celestion speaker).

caliban
8 maart 2010, 11:33
http://www.freewebs.com/valvewizard/
En check het zelfbouw forum hier, moet ook wel een goeie basic uitleg te vinden zijn!

Remork1970
8 maart 2010, 12:18
Zou voor mij ook wel nuttig zijn.
Heb wat basiskennis van electriciteitsleer maar meer ook niet.
En ik wil zelf ook wel eens een keer gaan rommelen met eenvoudige effectjes zelf ontwerpen en bouwen, en ook simpele buizenampjes.
Ben nu druk bezig om schoolboeken electriciteitsleer door te nemen, en dan moet ik maar eens een boek gaan lezen met daarin een uitleg over een eenvoudige versterker, als begin.

VanMeekeren
8 maart 2010, 13:11
Als je basiskennis echt helemaal nul is, dan zou ik zeker eens kijken of er mavo/havo onderwijs boekjes te vinden zijn. Staat vaak de kennis overzichtelijk en leesbaar in.

Ik denk dat ik ook maar eens mijn kennis bij moet spijkeren. Qua elektronica lig ik enorm achter. :(


Van Meekeren

caliban
8 maart 2010, 14:26
Check echt even valvewizard, ik denk dat er zelfs een stukje basis elektronica tussenzit.

johantipker
8 maart 2010, 20:50
Ik speel nu zo'n 20 jaar over buizenversterkers, maar moet tot m'n schande bekennen dat ik niets begrijp van de techniek. Ik was altijd erg slecht in natuurkunde en heb dus ook nul basiskennis van electriciteit etc. Daarom zijn m'n buizenamps altijd een soort zwarte dozen voor me waar ik heel voorzichtig mee ben en dan maar hoop dat ze er niet mee ophouden. Toch zou ik zoiets elementairs als buizen vervangen wel graag willen kunnen en ook genoeg begrijpen om te weten of ik de goede buizen gebruik etc. Wie kan me in de richting van een goeie basisuitleg helpen? Mijn huidige amp is trouwens een hot rod deluxe (met celestion speaker).


Toch ben jij degene die mij eerst nog even wijzer moet maken....
Kun je het verschil beschrijven tussen de HotRod met de celestion speaker en de standaard / stock speaker?

EuroCinema
8 maart 2010, 21:03
:seriousf: Ik vind gewone hotrods niet zo mooi klinken maar deze limited edtion wel, is dat een technisch genoeg antwoord?

iWishmaster
8 maart 2010, 21:08
Check echt even valvewizard, ik denk dat er zelfs een stukje basis elektronica tussenzit.

Helaas niet ...

Deze site legt het op zich wel aardig uit:
http://www.breem.nl/fldbasis/pgbasis-01.htm

De andere hoofstukken kun je bekijken, maar dat wordt al snel nogal wiskundig. Probeer eerst een beetje gevoel te krijgen de techniek voordat je aan de wiskunde begint is mijn advies. Ik zal eens zoeken of ik een eenvoudige basisuitleg van audio versterkers kan vinden.

Orpheo
8 maart 2010, 21:23
heren, het is juist zo simpel allemaal!een buizenbak bestaat simpel gezegd uit 3 delen.

1. de tonestack. door middel van instelbare weerstanden(pots dus), en condensatoren maakje filters. daarmee 'knip' je frequenties af die je niet meer wilt. simpel gezegd.

2. de voeding.die maakt van wisselspanning,gelijkspanning.die staat op de buizen, en die werken volgens het golfmodulatieprincipe. de golf die erin komt, jou gitaargeluid, is de modulatie,en word versterkt door een 'neutrale' golf. dat is dus t derde deel, het eerlijk versterkende deel.

en als je die versterkende delen zo hard last versterken, verder dan ze eigenlijk kunnen,gaan ze oversturen.

dat is heel simpel de werking van n amp. tuurlijk, met berekeningen kan je t ook uitleggen, maar dit is t heel vluchtig.

johantipker
8 maart 2010, 21:55
:seriousf: Ik vind gewone hotrods niet zo mooi klinken maar deze limited edtion wel, is dat een technisch genoeg antwoord?


Bijna wel... :)

bedoel je helderder? ...Brighter...?

eh nasaler of juist niet...?
Donkerder... etc etc, je kunt vast wel wat bedenken :D

...en anders schreeuw je maar wat hippe kreten:

-troe baaipez
-tutz riesponzif

EuroCinema
8 maart 2010, 22:05
Hij klinkt heel warm en transparant :cheerup:, helemaal als de buizen "op hun flikker krijgen" van een tubescreamer-kloon van boven de 150 (of juist onder de 45) euro.:noob:

Ja ik kan het lastig uitleggen, ik vind de ltd edition met Celestion meer als een Fender amp a la Twin klinken, dat (ook wollige taal) gefocuste in de sound. Alsof de nadruk net even sterker en net even ergens anders in het EQ-spectrum ligt.

Anyhoe, met Orpheo's uitleg kom ik al ietsje verder. D.w.z. het begin (dat de voicing dus blijkbara in de tonestack zit), en het einde (dat buizen die "te" hard werken compressie/overdrive geven.) Dat er twee soorten stroom zijn en dat de transformator de 1 in de ander verandert is nieuw voor me... dacht dat het alleen van heul veul volt naar ehmm minder volt ging in zo'n ding. :ok:

Fireburst
8 maart 2010, 23:06
Het is niet de transfo die AC naar DC wijzigt, dan doet de gelijkrichter. Dit kan met buizen (lampen) of met diodes.


dacht dat het alleen van heul veul volt naar ehmm minder volt ging in zo'n ding.
Dat dacht je dus goed !

iWishmaster
8 maart 2010, 23:36
Orph zn uitleg is iets te kort door de bocht en klopt niet helemaal: golfmodulatie (zoals normaal bij radio gebruikt) is niet van toepassing op gitaarversterkers. Moduleren betekend van frequentie (En dus toonhoogte) veranderen, ofwel pitchen. Dat wil je juist niet (uitzonderingen daargelaten).

Ik zal een poging doen:

Trap 1
Je geluid is een trilling, uitgedrukt als een golf, ideaal gezien een sinus. Deze heeft een bepaalde frequentie (toonhoogte). Die ga je versterken, dit gebeurt over het algemeen door de eerste buis, ofwel 'V1' genoemd. Deze maakt het geluid vooral harder (je gitaar produceert nu eenmaal erg weinig signaal).

Trap 2
Daarna volgen nog 1 of meerdere buizen die je geluid nog harder maken en vervormen door het te hard te 'pushen'. Gebeurt dit subtiel (tussen geen en 'soft clipping'), dan blijft het geluid 'clean', iets meer (soft clipping) komt er een 'randje' aan het geluid. Push je de buis nog harder en/of zet je er nog meer achter elkaar richting 'hard clipping' krijg je meer en meer distortion. Buizen versterker een vaste hoeveelheid (ingesteld door het circuit): met de draaiknoppen (potmeters) bepaal je hoeveel je doorlaat en daarmee regel je een versterker van weinig naar meer vervorming.
http://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/b/b8/Overdrive_sinus.gif

Trap 3
Vervolgens komt de tonestack die, afhankelijk van de stand van de potmeters door een ingenieuze combinatie van condensatoren en weerstanden, bepaalde frequenties meer of minder doorlaat. Dit bepaalt een deel van de 'voicing' van de versterker. Deze animatie laat zien wat er gebeurt als je aan de treble knop van een Fender draait:
http://www.duncanamps.com/tsc/tsc_ani.gif

Links staan de lage frequenties (in perspectief:
Lage E-snaar zit helemaal links, bij +/- 82 Hz
Volgende E (12e fret): midden-links, bij +/- 164 Hz
Hoge E-snaar in het midden, bij +/- 330 Hz
Volgende E (12e fret) zit midden-rechts bij +/- 660 Hz.
(merk op dat elk octaaf de frequentie verdubbeld)

Overigens kunnen de tonestack en 'vervorming' (trap 2 en 3) ook andersom staan: zoals bijvoorbeeld bij de Mesa Mark series het geval is. Samen vormen de 3 bovenstaande 'stukken', de voorversterker (preamp).

Daarna komt de power amp. Hierin zitten de fasedraaier en de eindbuizen. De fasedraaier splitst het signaal in tweeën en geeft het door aan de eindbuizen. Deze maken het vervolgens voornamelijk ontzettend veel harder. Daarna komt de 'eindtrafo'. Deze vormt het signaal van de eindbuizen om naar een signaal waar de speakers wat mee kunnen.

Buizen versterken (en dus vervormen) meer of minder afhankelijk van onder andere de bias. Daar zit een probleem: de ene buis de andere niet: sommige (van hetzelfde type!) buizen versterken 60 keer, andere 70 of 80 keer. Dat is exemplarisch. Voorversterkerbuizen maken het signaal wel harder, maar hoeven daar niet echt hard voor te werken: deze gaan niet stuk als je ze door hoge bias nog wat harder laat werken. Eindbuizen daarentegen wel: daarom moeten deze gebiased worden als je ze vervangt.

De power trafo van een versterker zet inderdaad wisselspanning om in gelijkspanning als voeding voor de buizen. Qua geluid is deze wat minder interessant.

Remork1970
8 maart 2010, 23:55
Ik heb de ballen verstand nog niet van versterkertechniek, maar een trafo kan toch nooit wisselspanning omzetten in gelijkspanning?
Bedoel je niet dat de omgetransformeerde spanning na de trafo op een of andere manier gelijkgericht wordt?

caliban
9 maart 2010, 00:53
heren, het is juist zo simpel allemaal!een buizenbak bestaat simpel gezegd uit 3 delen.

1. de tonestack. door middel van instelbare weerstanden(pots dus), en condensatoren maakje filters. daarmee 'knip' je frequenties af die je niet meer wilt. simpel gezegd.

2. de voeding.die maakt van wisselspanning,gelijkspanning.die staat op de buizen, en die werken volgens het golfmodulatieprincipe. de golf die erin komt, jou gitaargeluid, is de modulatie,en word versterkt door een 'neutrale' golf. dat is dus t derde deel, het eerlijk versterkende deel.

en als je die versterkende delen zo hard last versterken, verder dan ze eigenlijk kunnen,gaan ze oversturen.

dat is heel simpel de werking van n amp. tuurlijk, met berekeningen kan je t ook uitleggen, maar dit is t heel vluchtig.

Goeie uitleg, maar een belangrijk punt in preamp naar mijn mening :), is dat EQ's maar een speciaal soort van filter zijn. In principe zit er tussen alle gainstages een of meerdere filters in (altijd eentje die de wisselspanning van de gelijkspanning van de voeding afhaalt, en vaak nog andere). Een EQ is een regelbare variant, en die kan je dan ook plaatsen waar je wil, vaak na de eerste of de laatste gainstage.

Orpheo
9 maart 2010, 01:56
@caliban: allicht, helemaal mee eens. maar ik hield 't ook heel, heel simpel ;)

Ik ben overigens het niet eens met iwishmaster. het is wel een golfmodulatie. Nee, ik heb 't juiste woord: superpositie.

he he.

met golfmodulatie bedoel ik, dat de loopgolf over de draaggolf gemoduleerd word. De draaggolf 'loopt' door de buizen, en het signaal moduleert dat tot een sterker signaal. Het klopt niet helemaal, maar wel ongeveer. Zie het als een kraan waar water uit komt, en met een klein lepeltje tik je tegen die straal. de straal word onderbroken, gelijk met jou tikken. logisch. Zoiets gebeurd dus ook met de buizen. Een gelijkspanning word via golfmodulatie, een wisselspanning.

Niet helemaal correct, I know, maar het is een makkelijke manier om het te visualiseren.

de powertrafo zet het voltage en amperage gewoon om. de gelijkrichter, hetzij diode hetzij buis, maakt 't een gelijkspanning.

En ik zal als laatste zeggen: ALLES maakt uit voor het geluid, ALLES helpt mee en moduleert, het een alleen meer dan 't ander.

Midwolda
9 maart 2010, 06:55
Wil iemand op een even simpele manier eens uitleggen wat het verschil is
tussen een buizen gelijkrichter of een solid state gelijkrichter?
Ja, ze maken allebei van wisselspanning gelijkspanning,
maar wat doet het voor je uiteindelijke geluid?
:chicken:

iWishmaster
9 maart 2010, 08:57
@Orph: superpositie is inderdaad wat er gebeurt. In de natuurkunde (fysica) kun je superpositie als een 'soort van' modulatie zien, maar in de elctronica zijn het twee fundamenteel andere dingen! Je metafoor van de kraan omschrijft het proces best goed eigenlijk. Sowieso is water een goede metafoor voor stroom en weerstand, zo legde mijn leraar natuurkunde het een jaar of 10 geleden ook uit (damn, ik wordt oud ...).

Verschil tussen diode en buizen gelijkrichter is op zich lastig, want je moet weten hoe beide werken. Het effect op zich is minder lastig: een diode gelijkrichter is efficienter en laat meer door dan een buizengelijkrichter: dit scheelt enkele tientallen, tot misschien zelfs 100 Volt aan spanning op de buizen. Dit veroorzaakt een verschil in geluid: lagere spanning betekend onder andere eerder oversturing, warmer geluid, maar ook minder strak en iets minder totaal vermogen. Vandaar dat dit als meer 'vintage' wordt ervaren. Volgens mij heeft Chris ooit eens een post neergezet (kan me niet meer herinneren waar) die het effect op geluid beter omschreef.

caliban
9 maart 2010, 10:59
Het verschil is eigenlijk ook pas merkbaar op hoog volume, omdat dan de buis begint achterop te geraken tegenover de halfgeleider diode. De buis kan het gewenste vermogen trager leveren dan de SS diode, dus gaat ze saggen (is toch het woord hè? :))

Orpheo
9 maart 2010, 11:01
humor dat er mij uitgelegd moet worden wat het verschil in onder de noemer' watn in de natuurkunde'.


ik studeeeeer natuur en sterrenkunde!:sssh:

iWishmaster
9 maart 2010, 11:16
humor dat er mij uitgelegd moet worden wat het verschil in onder de noemer' watn in de natuurkunde'.


ik studeeeeer natuur en sterrenkunde!:sssh:

Hehe. Ik heb elektrotechniek gestudeerd, maar buizen is toch een ander verhaal dan wat je daar tegenwoordig leert, dus daar weet ik ook niet al teveel van. Ik weet weinig van quantummechanica, maar algemene natuurkunde heb ik altijd interessant gevonden, dus ook vrij veel over onthouden / gelezen. Over berekeningen op dat gebied moet je me overigens niet lastigvallen :soinnocent:.

Orpheo
9 maart 2010, 11:24
Hehe. Ik heb elektrotechniek gestudeerd, maar buizen is toch een ander verhaal dan wat je daar tegenwoordig leert, dus daar weet ik ook niet al teveel van. Ik weet weinig van quantummechanica, maar algemene natuurkunde heb ik altijd interessant gevonden, dus ook vrij veel over onthouden / gelezen. Over berekeningen op dat gebied moet je me overigens niet lastigvallen :soinnocent:.

I see ;)

Okee, even met een fris ochtendhoofd modulatie uitleggen. Mijn 'verbetering' kwam er iets te nuffig uit, en dat is niet expres.

Modulatie is het veranderen van golfeigenschappen. het kan betekenen de frequentie, maar ook de amplitude. Frequentieverandering is iets dat je enerzijds wel wilt (je wilt toch bepaalde harmonics juist horen, omdat die lekker klinken) maar anderzijds wil je dat niet (omdat je grondtoon veranderd; de b is een b, en niet een g).

Amplitudeverandering is juist wat je wilt, omdat dat betekent: meer (of minder) volume!

als je een standaard sinusje hebt, en je gooit er een speciale, desnoods complexe, sinus overheen, zal de grote sinus zich gaan gedragen als die kleine, maar dan met een VEEL grotere amplitude

Superpositie lijkt erop, maar dat is, simpel gezegd, het optellen van 2 golven die niks met elkaar 'gemeen' hebben, en kijken wat daaruit komt. Om dat goed te snappen, heb je fouriertransformaties en analyses nodig, en voor hetgeen ik zojuist beschreef, niet. De 'vorm' van de sinus blijft gelijk, en het eindresultaat klinkt ook als hetgeen je 'erin stopt'. bij superpositie is dat niet het geval.

EuroCinema
9 maart 2010, 11:27
Thanks voor alle uitleg! Zeker aan iWishmaster's uitgebreide post (met plaatjes!) heb ik veel!

Hoe moet ik het nu zien als men het heeft over class a of class ab versterkers, of EL34s vs 6L6? Slaat dat op de eindbuizen of de V1 of die ertussen? En welke van deze buizen moet je nu met enige regelmaat vervangen?

Orpheo
9 maart 2010, 11:47
@euroC.

oh, dat gaat veel dieper in op de materie!

el34 en 6l6 buizen zijn eindtrapbuizen, die dus het signaal versterken.die zitten NIET in de V1 plek. nou ja, als je v1 ziet als de eerste buis waar 't signaal doorheen gaat ;)

class a of ab slaat op de energiehuishouding zeg maar, hoe efficient de buizen de ingevoerde energie omzetten in uitgangsenergie.

Class A

Class A amplifier

Amplifying devices operating in Class A conduct over the whole of the input cycle such that the output signal is an exact scaled-up replica of the input with no clipping. A Class A amplifier (or operational amplifier) is distinguished by the output stage (and perhaps the driver) device(s) being biased into Class A; even Class AB and B amplifiers normally have early stages operating in Class A. Class A is the usual means of implementing small-signal amplifiers, so the term Class A design applied to equipment such as preamplifiers (for example, in recording studios) implies not so much their use of Class A, but that their sound is top quality - good enough to be matched with top quality Class A power amplifiers.

Advantages of Class A Amplifiers
Class A designs are simpler than other classes; for example Class AB and B designs require two devices (push-pull output) to handle both halves of the waveform, and circuitry to keep the quiescent bias optimal during temperature changes; Class A can use either single-ended or push-pull and bias is usually less critical.
The amplifying element is biased so the device is always conducting to some extent, normally implying the quiescent (small-signal) collector current (for transistors; drain current for FETs or anode/plate current for vacuum tubes) is close to the most linear portion (sometimes called the "sweet spot") of its characteristic curve (known as its transfer characteristic or transconductance curve), giving the least audio distortion.
Because the device is never shut off completely there is no "turn on" time, little problem with charge storage, and generally better better high frequency performance and feedback loop stability (and usually less high-order harmonics).
The point at which the device comes closest to being cut off (and so significant change in gain, hence non-linearity) is not close to zero signal, so the problem of crossover distortion associated with Class AB and B designs is avoided, even in Class A double-ended stages.
[edit]
Disadvantage of Class A Amplifiers
They are not very efficient; a theoretical maximum of 50% is obtainable with inductive output coupling and only 25% with capacitive coupling, unless Square law output stages are used. In a power amplifier this not only wastes power and limits battery operation, it may place restrictions on the output devices that can be used (for example: ruling out some audio triodes if modern low-efficiency loudspeakers are to be used), and will increase costs. Inefficiency comes not just from the fact that the device is always conducting to some extent (that happens even with Class AB, yet its efficiency can be close to that of Class B); it is that the standing current is roughly half the maximum output current (although this can be less with Square law output stage), together with the problem that a large part of the power supply voltage is developed across the output device at low signal levels (as with Classes AB and B, but unlike output stages such as Class D). If high output powers are needed from a Class A circuit, the power waste (and the accompanying heat) will become significant. For every watt delivered to the load, the amplifier itself will, at best, dissipate another watt. For large powers this means very large and expensive power supplies and heat sinking.

Class A designs have largely been superseded for portable and budget audio amplifier power amplifiers, though remain popular with some hobbyists (for its simplicity) and many audiophiles believe that Class A gives the best sound quality (for their absence of crossover distortion and reduced odd-harmonic and high-order harmonic distortion) which provides a small market for expensive high fidelity Class A amps.
[edit]
Single-Ended and Triode Class A Amplifiers

Some aficionados who prefer Class A amplifiers also prefer the use of thermionic valve (or "tube") designs instead of transistors, especially in Single-ended triode output configurations for several claimed reasons:
Single-ended output stages (be they tube or transistor) have an asymmetrical transfer function, meaning that even harmonics in the created distortion tend not to be canceled (as they are in push-pull output stages); by using tubes OR FETs most of the distortion is from the square law transfer characteristic and so second-order, which some consider to be "warmer" and more pleasant. [8][9]
For those who prefer low distortion figures, the use of tubes with Class A (generating little odd-harmonic distortion, as mentioned above) together with symmetrical circuits (such as push-pull output stages, or balanced low-level stages) results in the cancellation of most of the even distortion harmonics, hence the removal of most of the distortion.
Though good amplifier design can reduce harmonic distortion patterns to almost nothing, distortion is essential to the sound of electric guitar amplifiers, for example, and is held by recording engineers to offer more flattering microphones and to enhance "clinical-sounding" digital technology.
Historically, valve amplifiers often used a Class A power amplifier simply because valves are large and expensive; many Class A designs use only a single device.

Transistors are much cheaper, and so more elaborate designs that give greater efficiency but use more parts are still cost-effective. A classic application for a pair of class A devices is the long-tailed pair, which is exceptionally linear, and forms the basis of many more complex circuits, including many audio amplifiers and almost all op-amps. Class A amplifiers are often used in output stages of high quality op-amps (although the accuracy of the bias in low cost op-amps such as the 741 may result in Class A or Class AB or Class B, varying from device to device or with temperature). They are sometimes used as medium-power, low-efficiency, and high-cost audio amplifiers. The power consumption is unrelated to the output power. At idle (no input), the power consumption is essentially the same as at high output volume. The result is low efficiency and high heat dissipation.


Class B and AB

Class B amplifiers only amplify half of the input wave cycle, thus creating a large amount of distortion, but their efficiency is greatly improved and is much better than Class A. Class B has a maximum theoretical efficiency of 78.5% (i.e., π/4). This is because the amplifying element is switched off altogether half of the time, and so cannot dissipate power. A single Class B element is rarely found in practice.

Class B Amplifier

A practical circuit using Class B elements is the push-pull stage.Here, complementary or quasi-complementary devices are each used for amplifying the opposite halves of the input signal, which is then recombined at the output. This arrangement gives excellent efficiency, but can suffer from the drawback that there is a small mismatch in the cross-over region - at the "joins" between the two halves of the signal, as one output device has to take over supplying power exactly as the other finishes. This is called crossover distortion. An improvement is to bias the devices so they are not completely off when they're not in use. This approach is called Class AB operation.

In Class AB operation, each device operates the same way as in Class B over half the waveform, but also conducts a small amount on the other half. As a result, the region where both devices simultaneously are nearly off (the "dead zone") is reduced. The result is that when the waveforms from the two devices are combined, the crossover is greatly minimised or eliminated altogether. The exact choice of quiescent current, the standing current through both devices when there is no signal, makes a large difference to the level of distortion (and to the risk of thermal runaway, that may damage the devices); often the bias voltage applied to set this quiescent current has to be adjusted with the temperature of the output transistors (for example in the circuit at the beginning of the article the diodes would be mounted physically close to the output transistors, and chosen to have a matched temperature coefficient). Another approach (often used as well as thermally-tracking bias voltages) is to include small value resistors in series with the emitters.

Class AB sacrifices some efficiency over class B in favor of linearity, thus is less efficient . It is typically much more efficient than class A.

Class B push–pull amplifier

Class B or AB push–pull circuits are the most common design type found in audio power amplifiers. Class AB is widely considered a good compromise for audio amplifiers, since much of the time the music is quiet enough that the signal stays in the "class A" region, where it is amplified with good fidelity, and by definition if passing out of this region, is large enough that the distortion products typical of class B are relatively small. The crossover distortion can be reduced further by using negative feedback. Class B and AB amplifiers are sometimes used for RF linear amplifiers as well. Class B amplifiers are also favored in battery-operated devices, such as transistor radios.



dat is 't. lang leve wikipedia.

Epic
9 maart 2010, 11:47
http://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/b/b8/Overdrive_sinus.gif
Dat plaatje laat ook precies het verschil zien waarom buizenversterkers geliefder zijn dan transistors. Transistoren zullen het signaal lineair versterken waarna ze 'hard' gaan clippen, buizen clippen veel 'softer', ze zullen het signaal eerder afvlakken.

Het verschil tussen een buizen en diode gelijkrichting, wanneer er veel stroom nodig is (bijv wanneer je hard een akkoord aanslaat) zal de buizengelijkrichter dit niet gelijk kunnen leveren waardoor een een wat zompiger geluid ontstaat. (Mesa boogie heeft een "bold" en "spongy" schakelaar op veel amps die schakelt tussen diode en buis).

Orpheo
9 maart 2010, 11:47
class a zegt dus niks over de (vermeende) kwaliteit! het is gewoonweg een makkelijke manier, doch onefficiente, van het bouwen van een amp.

Sommige amps kunnen dus schakelen tussen a/ab, zoals de mesaboogies. En dan heb je OOK nog eens mengelmoesjes daartussen, zoals 2 buizen ab en 2 buizen a, simullclass noemt mesa dat, om nog meer harmonics en variatie te hebben.

Het verschil tussen diode en buis-rectifier: buis is wat warmer, spongier, diode is strakker, helderder. de meeste amps hebben echter gewoon een diode recto. sommigen, zoals de dual rectifiers, hebben een buis EN diode, schakelbaar, en sommigen alleen een buisrecto, maar geeeen idee welke dat zouden zijn.

iWishmaster
9 maart 2010, 12:03
Als je een standaard sinusje hebt, en je gooit er een speciale, desnoods complexe, sinus overheen, zal de grote sinus zich gaan gedragen als die kleine, maar dan met een VEEL grotere amplitude

Superpositie lijkt erop, maar dat is, simpel gezegd, het optellen van 2 golven die niks met elkaar 'gemeen' hebben, en kijken wat daaruit komt. Om dat goed te snappen, heb je fouriertransformaties en analyses nodig, en voor hetgeen ik zojuist beschreef, niet. De 'vorm' van de sinus blijft gelijk, en het eindresultaat klinkt ook als hetgeen je 'erin stopt'. bij superpositie is dat niet het geval.

Maar een versterking met buis is een superpositie van een gelijkspanning (uit de voeding) en een golf (signaal van je gitaar). Niet van twee golfen: dat zou impliceren dat de gelijkspanning een frequentie heeft.

@eurocinema:
Voorversterkerbuizen, vaak genummerd als V1 t/m Vx zijn vaak van type 12ax7, 12ay7 en 12at7. Dat zijn de 'kleine buisjes' in je versterker. Hier kun je wat mee spelen om je geluid subtiel anders te kleuren.

Eindversterkerbuizen zijn over het algemeen, van oorsprong:
EL34 (marshall)
EL84 (Vox)
6L6 (Fender)
6V6 (kleinere Fenders zoals de Champ)

Klasse A en klasse AB is afhankelijk van de schakeling en kan met elk type eindbuizen. In principe versterkt elke versterker redelijk inefficient. Even een copy paste van een andere site met een redelijk heldere uitleg:

Klasse A, AB, B, enz.
Het gaat hier om de ruststroom instelling van een eindversterker. De termen komen uit de buizentechnologie, maar zijn ook van toepassing op transistor schakelingen.
We spreken van klasse A als de ruststroom in de eindtransistoren groter is dan de piekstromen van het signaal. Klasse A komt voort uit enkelvoudige eindtrappen, dus met 1 buis of transistor. Deze schakeling heeft een zeer slecht rendement. De versterker neemt altijd even veel stroom op, dus juist als je zacht speelt wordt 'ie heet.
Klasse A kan ook in een balansschakeling uitgevoerd worden.
De klassen AB en B kunnen alleen met balans schakelingen uitgevoerd worden. Bij de zuivere B klasse levert de ene helft van de balans de positieve delen van het signaal, en de andere helft de negatieve delen.
Klasse AB is een tussenvorm, waarbij voor kleine signalen beide helften van de balans werken, en voor grotere signalen de B-situatie ontstaat.
Vrijwel alle in de handel verkrijgbare (eind)versterkers zijn klasse B, waarbij altijd een klein beetje AB aanwezig is voor een goede overgang.
Als de ruststroom te klein is treedt de zeer hinderlijke cross-over vervorming op (ned: overneem vervorming), vooral te horen bij een zeer zacht signaal.

Orpheo
9 maart 2010, 12:19
@iwishmaster: gelijkspanning HEEFT ook een frequentie! Je krijgt je wisselspanning nooit, never ever, zo gelijk dat de spanning altijd, zeg, 12v is. never, never nooit. kan fysisch niet. het systeem 'snapt' dat niet.

maar daarom is 't dus ook een modulatie, en geen superpositie.

iWishmaster
9 maart 2010, 13:37
@iwishmaster: gelijkspanning HEEFT ook een frequentie! Je krijgt je wisselspanning nooit, never ever, zo gelijk dat de spanning altijd, zeg, 12v is. never, never nooit. kan fysisch niet. het systeem 'snapt' dat niet.

maar daarom is 't dus ook een modulatie, en geen superpositie.

Ok, daar heb je gelijk in. Echter; het principe (de theorie) van versterken met buizen is een superpositie. Omdat er geen oneindig grote condensatoren bestaan en wij niet oneindig geduld hebben om te wachten die die opgeladen is, is de gelijkspanning niet perfect en resulteerd dit in een kleine wisselspanning 'bovenop' de gelijkspanning. Tijdens de superpositie (of modulatie) resulteert dit in het optellen van die kleine wisselspanning bovenop het signaal van je gitaar. Ofwel, een vervelende brom in je geluid: dat is dan ook het enige merkbare van het effect modulatie bij versterking, alle nuttige eigenschappen van de versterking komen door superpositie.

Little Jay
9 maart 2010, 14:48
Hey Euro,

Het is inderdaad best handig om wat basiskennis van je spullen te hebben!

Op het jazzguitar.be/forum heeft één van de leden een post geschreven over buizen en buizenamps waar die 't allemaal prachtig uitlegt in redelijke lekentaal:

http://www.jazzguitar.be/forum/guitar-amps-gizmos/7042-vaccum-tubes-more-than-you-wanted-know.html

't is wat leeswerk, maar alles werd er voor mij wel een stuk duidelijker door!

Overigens wil ik me bij m'n eigen amps (Epi Blues Custom, Fender Blues Deluxe en Guyatone Twin Reverb) het liefst beperken tot af en toe een buizenwissel. Het fijne van de Blues Deluxe dat die een fixed bias heeft, dus zolang je gematchde eindbuizen gebruikt kun je die gewoon zelf verwisselen zonder bias in te moeten stellen. De HotRod moet je geloof ik wel biassen?

Helaas ben ik ongewild in de materie gerold doordat de Blues Deluxe in het begin er regelmatig mee kapte (oude Amerikaanse serie: een stuk kwetsbaarder dan de huidige reissues) en ik een te grote Hollandse zuinigert was om 'm weg te brengen. Dus nu weet ik hoe je gebroken soldeerverbindingen opspoort, hoe je filtercaps ontlaadt en kan ik overweg met een multimeter...... :(

iWishmaster
9 maart 2010, 15:07
Mooi verhaal lijkt me! Vanavond eens uitgebreid doorlezen.

johantipker
9 maart 2010, 18:29
Hij klinkt heel warm en transparant :cheerup:, helemaal als de buizen "op hun flikker krijgen" van een tubescreamer-kloon van boven de 150 (of juist onder de 45) euro.:noob:

Ja ik kan het lastig uitleggen, ik vind de ltd edition met Celestion meer als een Fender amp a la Twin klinken, dat (ook wollige taal) gefocuste in de sound. Alsof de nadruk net even sterker en net even ergens anders in het EQ-spectrum ligt.


Dat heb je wel helder verwoord zo!

Volgens mij waren de enige verschillen tussen de standard hotrod en de limited edtion, de bekleding en de Celestion Vintage30 speaker.
En die speaker maakt dus al heel veel verschil...

EuroCinema
11 maart 2010, 10:21
Goeie link was dat, moest er wel ff voor gaan zitten.

Hebben jullie nu eigenlijk reservebuizen bij je als je optreedt? En zo ja, van alle buizen of alleen de eindbuizen?

iWishmaster
11 maart 2010, 10:51
Ik heb altijd wel een reserve preampbuis (of twee) in mn backup koffertje zitten, samen met wat kabels, snaren, schroevendraaier etc. Eindbuizen zou ik niet zomaar durven vervangen denk ik..

Little Jay
11 maart 2010, 11:17
Ik heb altijd wel een reserve preampbuis (of twee) in mn backup koffertje zitten, samen met wat kabels, snaren, schroevendraaier etc. Eindbuizen zou ik niet zomaar durven vervangen denk ik..

Het zijn juist altijd de eindbuizen die er aan gaan! Met m'n Blues Deluxe heb ik daarom wel reserve eindbuizen bij me ja (gematched setje), zoals gezegd is de bias fixed, dus je kunt zonder problemen nieuwe buizen er in stoppen. Pre-amp buizen gaan toch haast nooit kapot, dus heb ik ook niet bij me. Als er een kapot gaat kun je ze onderling wel uitwisselen. Kun je wel je drive niet meer gebruiken maar dat doe ik toch al niet. Ik treed sind '93 op met de Blues Deluxe en heb in al die tijd twee keer meegemaakt dat tijdens het optreden een eindbuis de geest gaf. Preamp-buis nog nooit.

Maar ik heb meerdere malen amp-failure gehad, wat later bleek te liggen aan gebroken soldeercontacten. Met buizenversterkers is een back-up systeem om bij je te hebben volgens mij altijd verstandig, zeker bij belangrijke optredens. Ik heb daarvoor 2 opties: een mesa boogie V-Twin voorversterkerpedaal met gefilterde (speaker-simulated) output voor de mengtafel, of een Roland Cube 30, die via de recording out ook de mengtafel in kan. Multi-effects of DI's werken ook. Je speelt dan verder op de monitors.

nico verduin
11 maart 2010, 12:26
Het zijn juist altijd de eindbuizen die er aan gaan! Met m'n Blues Deluxe heb ik daarom wel reserve eindbuizen bij me ja (gematched setje), zoals gezegd is de bias fixed, dus je kunt zonder problemen nieuwe buizen er in stoppen. .Dat verhaal gaat niet helemaal op.
Gematched is om:
- te voorkomen dat je teveel brom krijgt (mismatch wat brom niet opheft in de OT)
- Te voorkomen dat bij instellen er niet alsnog een te heet wordt afgesteld
- Het signaal evenwichting door te geven aan de OT (ongewenste [soms gewenste] vervorming.

Fixed BIAS is een vaste negatieve bias instelling. Als het de 5E3 Blues Deluxe is dan is het kathode bias wat tot op zekere hoogte ervoor zorgt dat de buizen zichzelf automatisch instellen. Maar dat heeft zijn grenzen.

Als het fixed Bias is, en de buizen komen niet uit een gematched kwartetje, dan gaat het verhaal niet zondermeer op.

iWishmaster
11 maart 2010, 12:43
Eindbuizen even omprikken gaat niet zo makkelijk bij adjustable bias versterker. Ik zou een oude set buizen mee kunnen nemen, waarvan ik zeker weet dat de bias in ieder geval 'veilig' is ten opzichte van de huidige set, maar ook dan zou ik me er niet heel comfortabel bij voelen. Dan neem ik wel een reserve-iets mee. Zodra ik weer ga optreden (zal nog wel even duren) moet ik daar eens over nadenken ...

EuroCinema
11 maart 2010, 14:51
Als het fixed Bias is, en de buizen komen niet uit een gematched kwartetje, dan gaat het verhaal niet zondermeer op.

Wat betekent dat concreet? Zou het suboptimaal kunnen klinken, of loop je het risico dat je amp niet werkt/beschadigt?

caliban
11 maart 2010, 14:54
In ieder geval minder dan suboptimaal

EuroCinema
11 maart 2010, 15:14
:seriousf: Even nog meer lekentaal: mijn buis gaat kapot, ik vervang hem door een niet gematchte, kan ik met goed fatsoen de gig uitspelen of niet?

iWishmaster
11 maart 2010, 15:32
Daar wil ik ook wel antwoord op weten eigenlijk. Zowel voor fixed als adjustable bias. Even wachten tot de echte experts komen ...

nico verduin
11 maart 2010, 17:17
Buizen trekken een bepaalde stroom bij een aantal vaste instellingen. De stroom die getrokken wordt kan 50-100% afwijken tov een andere buis. Stel:
Een buis trekt bij 450V op A en G2 en een BIAS van -35V bijv. 40mA. Dan kan het best gebeuren dat een andere buis bij diezelfde instellingen 60mA trekt. Dat kan teveel zijn op het moment dat er een signaal bij gaat komen. Dit kan een te hoge stroom in de OT tot uiting brengen met als gevolg einde OT.
Daarnaast zal de ene buis meer versterken (die met de hogere stroom) tov die met minder stroom bij dezelfde bias. Gevolg onbalans van het signaal = vervorming.
Ja kan het ook anders zien. Buizen met een hogere stroom meting zullen vaker wat kouder afgesteld worden. Gevolg is dat het langer duurt voordat je buizen gaan oversturen.
Dus als je van plan bent om een reserve setje te nemen voor je eindbuizen, koop dan een gematched kwartetje (als je er 2 gebruikt) of een oktetje als je er 4 gebruikt. Dan kan je altijd de buizen omwisselen zonder opnieuw de bias te controleren.
Om je een voorbeeld te geven van de variantie in styroom metingen. Ooit een partij van enkele honderden Sylvania 6V6 buizen gekocht. Productie 1972 Juni. Metingen van de 6V6én lagen bij dezelfde instellingen tussen de 15-16mA en 58 mA. Nou zullen die uitersten wat uitzonderlijk zijn, maar dan noog kan de stroom liggen tussen de 20-50mA. Dus stel er zat een buis in die in het 20mA gebied zat en ik doe er klakkeloos een eentje van 50mA in, reken erop dat ze mooi gaan roodgloeien. Ook al deden ze dat bij 18W:seriousf:
per buis (max is rond de 14W volgens spec).

Bij kathode bias wordt eea gecompenseerd. als de buis meer stroom vraagt, dan zal de stroom over de kathode weerstand stijgen waardoor de spanning tov. G1 negatiever wordt en de stroom weer wordt afgeremd.
Maar als de buizen extreem uit elkaar liggen, wordt het al een stuk moeilijker. als de buizen een gemeenschappelijke kathode weerstand hebben, dan kan het zijn de de ene buis toch te warm wordt of de ander te koud.

cerpintaxt
11 maart 2010, 18:46
Als je van lezen houdt:
Dit boek (http://www.bol.com/nl/p/engelse-boeken/the-guitar-amp-handbook/1001004002617684/index.html) heb ik voor me verjaardag gekregen leuk boek. Wel geschreven met een mening maar het leert je wel over de werking etc etc. het is wel in het engels.

Verder is er ook nog een topic met een aantal boeken, over electronica etc:
http://www.gitaarnet.nl/forum/showthread.php?t=133033

iWishmaster
11 maart 2010, 21:30
Helder verhaal Nico! Goeie tip ook, een kwartet / octet kopen.