Mitch
4 februari 2006, 22:57
Zoals beloofd nog wat algemene tips. Laat ik voorop stellen dat een gerichte aanpak ALTIJD te prefereren is: ieder geval is weer iets anders. Maar goed.
Hoe zit 't in elkaar ?
In het algemeen is bij gitaristen met overbelastingsklachten van de pols of onderarm van de slaghand een relatieve zwakte van de spieren rondom het schouderblad of van het schoudergewricht de oorzaak. Laat ik dat iets verduidelijken aan de hand van een plaatje:
http://www.courses.vcu.edu/DANC291-003/scapula_landmarks.jpg
(Negeer even alle woorden in het plaatje, deze benoemen alleen maar de verschillende onderdelen van het schouderblad.)
Schouderblad zit vast aan de ribben en de nek via een hele berg spieren. De bovenarm, waarvan je hier het bovenste deel ziet, scharniert weer t.o.v. het schouderblad. Zo heb je dus twee 'scharnieren' in de keten Romp/nek > schouderblad > bovenarm. Dit geheel moet behoorlijk stabiel blijven om een precieze werking van de pols en vingers te bewerkstelligen.
Nou komt het nogal eens voor dat deze scharnieren wat beweeglijker zijn dan gemiddeld. Komt bij vrouwen iets vaker voor dan bij mannen (hoe veel meisjes ken je die zich kunnen opdrukken ?) maar beide seksen kunnen er mee te maken hebben. Zo lang je dan veel grote bewegingen maakt is er niks aan de hand: bewegen doen die scharnieren prima. Het is pas wanneer je lang de boel stabiel moet houden dat er problemen komen. Nou moeten we weer even iets dieper gaan....
Hoe beweegt 't en hoe blijft 't stabiel ?
Het komt er op neer dat je bij alle gewrichten twee soorten spieren hebt.
In de eerste plaats kleine spieren die diep liggen, vlak tegen het gewricht aan. Ze zorgen in beperkte mate voor beweging en zijn vooral betrokken bij het stabiel houden van gewrichten. Deze groep noemen we de 'stabilizers'
In de tweede plaats zijn er grote, sterke spieren die voor de grote bewegingen of grote kracht zorgen. Deze duiden we aan als 'mobilizers'.
Het verschil tussen beide groepen is cruciaal in de aanpak van problemen.
Goed voorbeeld van een mobilizer van het schoudergewricht: de deltoïdeus waar SBloke het over had. Dit is een grote, dikke spier die over de hele schouder heen loopt en voor behoorlijk wat kracht en beweging in verschillende richtingen kan zorgen.
http://www.leehayward.com/art_pics/reardelt.gif
Voor gitaarspelen heb je deze niet echt nodig, maar als je je versterker in de wagen tilt wel. Om gitaar te spelen heb je juist vooral de stabilizers nodig van de schouder.
Wegens beperking tot 2 plaatjes per post over naar de volgende post....
Hoe zit 't in elkaar ?
In het algemeen is bij gitaristen met overbelastingsklachten van de pols of onderarm van de slaghand een relatieve zwakte van de spieren rondom het schouderblad of van het schoudergewricht de oorzaak. Laat ik dat iets verduidelijken aan de hand van een plaatje:
http://www.courses.vcu.edu/DANC291-003/scapula_landmarks.jpg
(Negeer even alle woorden in het plaatje, deze benoemen alleen maar de verschillende onderdelen van het schouderblad.)
Schouderblad zit vast aan de ribben en de nek via een hele berg spieren. De bovenarm, waarvan je hier het bovenste deel ziet, scharniert weer t.o.v. het schouderblad. Zo heb je dus twee 'scharnieren' in de keten Romp/nek > schouderblad > bovenarm. Dit geheel moet behoorlijk stabiel blijven om een precieze werking van de pols en vingers te bewerkstelligen.
Nou komt het nogal eens voor dat deze scharnieren wat beweeglijker zijn dan gemiddeld. Komt bij vrouwen iets vaker voor dan bij mannen (hoe veel meisjes ken je die zich kunnen opdrukken ?) maar beide seksen kunnen er mee te maken hebben. Zo lang je dan veel grote bewegingen maakt is er niks aan de hand: bewegen doen die scharnieren prima. Het is pas wanneer je lang de boel stabiel moet houden dat er problemen komen. Nou moeten we weer even iets dieper gaan....
Hoe beweegt 't en hoe blijft 't stabiel ?
Het komt er op neer dat je bij alle gewrichten twee soorten spieren hebt.
In de eerste plaats kleine spieren die diep liggen, vlak tegen het gewricht aan. Ze zorgen in beperkte mate voor beweging en zijn vooral betrokken bij het stabiel houden van gewrichten. Deze groep noemen we de 'stabilizers'
In de tweede plaats zijn er grote, sterke spieren die voor de grote bewegingen of grote kracht zorgen. Deze duiden we aan als 'mobilizers'.
Het verschil tussen beide groepen is cruciaal in de aanpak van problemen.
Goed voorbeeld van een mobilizer van het schoudergewricht: de deltoïdeus waar SBloke het over had. Dit is een grote, dikke spier die over de hele schouder heen loopt en voor behoorlijk wat kracht en beweging in verschillende richtingen kan zorgen.
http://www.leehayward.com/art_pics/reardelt.gif
Voor gitaarspelen heb je deze niet echt nodig, maar als je je versterker in de wagen tilt wel. Om gitaar te spelen heb je juist vooral de stabilizers nodig van de schouder.
Wegens beperking tot 2 plaatjes per post over naar de volgende post....